top of page

Edo – Neo-Tribal, Cyber Sigilism en Fineline

«Een tatoeage is een verhaal verteld door middel van kunst.»

Mijn naam is Edo, en voor mij is tatoeëren een manier om creativiteit te combineren met de verhalen van mensen. Ik richt me op de stijlen neo-tribal, cyber sigilism en fineline, waarmee ik werken kan creëren met diepe symboliek die zowel esthetisch als persoonlijk zijn.

In deze spookachtige stad, die zich uitstrekte tussen kronkelige steegjes en scheve torens, was Edo niet meer dan een schaduw in de golvende stroom van mensen. Niets onderscheidde hem van de anderen—haar in de kleur van oud perkament, ogen als geblazen bleek glas, een rechte houding zoals je die ziet bij degenen die al jaren ratelende machines over hun rails leiden. Hij was de machinist van een mechanisch beest dat over de glinsterende metalen aderen van de straten gleed. Maar diep vanbinnen voelde hij een rusteloos vuur—een vonk die in hem een ambacht van een andere soort wilde ontwaken.


Op een avond, terwijl bleke glimwormen van de straatlantaarns begonnen te branden boven de pannendaken, stapte Edo uit de monotonie van zijn dagelijkse routine. Hij liep een donkere steeg in, waar onder de gewelven de nacht zelf leek te hangen, in de gedaante van een onbekende vreemdelinge. Zij, zonder iets over zichzelf te zeggen, nodigde hem uit aan een ronde tafel die bedekt was met een kleurrijk kleed. Op de tafel lagen dobbelstenen, figuurtjes en dunne kaarten, versierd met vreemde, glinsterende symbolen. Begrip ontstond tussen hen zonder woorden: in het flikkerende kaarslicht wisselden ze mysterieuze tekens uit, en in die patronen meende Edo zijn toekomst te zien.


De vreemdelinge wees naar een raam om de hoek—een raamkozijn versierd met houtsnijwerk van bladeren en fantastische dieren. Achter dat raam lag een afgelegen werkplaats. Daar wachtte iemand die de gave had om bijzondere betekenissen aan vlees te geven, donkere tekens en symbolen in menselijke huid te weven, en zo de loop van het lot te veranderen. Het was een meester over wie niemand hardop sprak—wiens naam zelf een magische sleutel was die de deuren opende naar verboden kennis.


Edo stapte die schemerige ruimte binnen, doordrenkt met de geur van hars en tincturen, en begon te leren. Hij ontdekte de geheimen van scherpe naalden met houtskoolpunten, leerde pigmenten te mengen van zwarte kristallen en maanpaddestoelsporen, en trainde zich in het combineren van het onverenigbare: pijn en kunst. Hij graveerde delicate tekens en bracht ze aan op de huid van reizigers die kracht, bescherming of de herinnering aan iets verloren zochten. Soms voelde Edo zich een wever van de draden van het lot, donkere magie verstrengelend in het weefsel van menselijk vlees. 


Nachten volgden op dagen; hij at nauwelijks, sliep nauwelijks, oplosbaar in de kringelende rook van oliën en de schaduwen van flikkerend lantaarnlicht.

Maanden gingen voorbij, als zand tussen de kasseien. De meester, aanvankelijk afstandelijk, keek Edo nu anders aan: zwijgend, maar met stille erkenning. En op een dag overhandigde hij Edo een perkament—het symbool dat Edo een meester was geworden, in staat om tekenen uit vormloze duisternis te halen en ze in menselijke lotsbestemmingen te graveren. Nu kon hij de deuren van zijn eigen werkplaats openen. En toen Edo de straat opstapte, fluisterde een vleugje plattelandswind zachtjes over een toekomst waarin zielen die troost en geheime kracht zochten, naar hem toe zouden komen.


Vanaf die dag begonnen mensen naar hem toe te komen. Sommigen verborgen hun pijn achter nerveuze glimlachen; anderen brachten lichte harten mee, verlangend naar nieuwe tekens van het lot. Edo luisterde, keek aandachtig, voelde het ritme van hun ademhaling en het gefluister van onzichtbare stemmen die in hen leefden als ongrijpbare zwermen. Wanneer hij hun huid met zijn gereedschap aanraakte, was het niet zomaar een steek: hij schreef tekens die herinnerden aan verre landen, oude wezens en vergeten talen, verborgen in de schaduwen van eeuwen. Hij schonk mensen symbolen vol stille magie die misschien op een dag nieuwe krachten zouden ontwaken, hun pad zouden veranderen of hen zouden beschermen tegen de verpletterende duisternis van het lot.


En nu ben jij hier, reiziger, lopend over de geplaveide straten, turend in de schemering. Door de halfopen luiken van een smalle steeg zie je een licht. Binnen in deze werkplaats is alles doordrenkt met een bijzondere sfeer: olielampen flikkeren en perkamenten met geheime patronen ritselen zachtjes. Edo begroet je met een blik waarin oude symbolen fonkelen. Hij heeft geen haast om te spreken en gebaart slechts dat je moet gaan zitten. Je hoort de zucht van een stenen wezen, verborgen in een architectonisch ornament, en voelt dat jouw komst door het lot is bepaald.


Langzaam, met een bijna rituele plechtigheid, bereidt Edo zijn gereedschap voor: fijne naalden die lijken te komen uit het hart van de nacht, pigmentstof in diepe tinten, een gebeeldhouwde schaal waaruit de scherpe geur van kruiden opstijgt. Hij luistert naar jou, naar het ritme van je gedachten, naar het vage geluid van je herinneringen. En wanneer je huid het koude contact van de magische naald voelt, komen patronen tot leven—lijnen die doen denken aan drakenstaarten en spiraalvormige sterrenbeelden. Pijn verandert in begrip, en begrip in een nieuwe adem. Door je aderen lijkt het fluisteren van het oude Praag te stromen.


Wanneer alles voorbij is, blijft er een teken achter op je huid, een geheim symbool dat voortaan tot je zal spreken in de taal van dromen en middernachtse winden. Edo, zonder een woord te zeggen, haalt zijn hand over het verse patroon, alsof hij de magie erin verzegelt. Je staat op en stapt de vochtige lucht van het steegje in, wetend dat je terug zult keren. Want in deze stad, met zijn maan die tussen gotische torenspitsen schijnt en zijn winden die verhalen uit verre landen brengen, ben je nu gemarkeerd door een symbool, geboren uit de hand van Edo.


Galerij van tatoeages van Edo

bottom of page